This is a Dutch short story suitable for language beginners. It includes a vocabulary list and comprehension questions.
Fieke is een nieuwsgierig meisje. Ze woont in een klein dorpje in het zuiden van Nederland. Ze leest veel over Amsterdam, de grote stad met grachten en oude huizen. Ze droomt ervan om Amsterdam een keer te bezoeken.
Eindelijk is het zover! Fieke gaat met de trein naar Amsterdam. De treinrit is lang, maar Fieke geniet van het uitzicht. Ze ziet velden met koeien, kleine dorpjes, en grote steden. Toen ze aankomt op Amsterdam Centraal Station, voelt ze zich een beetje overweldigd. Het station is groot en druk. Er zijn veel mensen en overal is lawaai.
Fieke neemt de kaart van Amsterdam die ze heeft meegebracht en loopt de stad in. Eerst gaat ze naar de Dam. Het plein is vol met toeristen, maar Fieke vindt het toch mooi. Ze kijkt naar het Koninklijk Paleis en de Nieuwe Kerk, en ze maakt een paar foto’s.
Vervolgens loopt Fieke naar de grachten. Ze vindt de smalle straatjes met de mooie huizen echt prachtig. Ze ziet bootjes varen, fietsers voorbijrazen, en mensen wandelend langs de grachten.
Plotseling begint het te regenen. Fieke heeft geen paraplu! Ze zoekt snel een café om te schuilen. Ze bestelt een kop warme chocolademelk en wacht tot de regen ophoudt. In het café zitten een paar oude mannen gezellig te kletsen. Fieke hoort ze praten over voetbal en ze probeert te begrijpen wat ze zeggen. Ze kent nog niet veel Nederlandse woorden, maar ze doet haar best om te verstaan.
Toen de zon weer begint te schijnen, verlaat Fieke het café. Ze wil nog meer van Amsterdam zien. Ze besluit naar het Vondelpark te lopen. Het is een groot park met bomen, vijvers, en veel groen. Fieke ziet mensen joggen, honden uitlaten, en kinderen op de speeltuin. Ze gaat op een bankje zitten en geniet van de rust en de mooie natuur.
Fieke blijft de hele dag in Amsterdam. Ze bezoekt nog een museum, eet een broodje kaas bij een kraampje op de markt, en probeert zelfs een haring! Aan het eind van de dag is ze moe, maar heel erg blij. Ze heeft zoveel gezien en gedaan. Haar eerste bezoek aan Amsterdam is een groot avontuur geweest.
Op de weg naar huis, in de trein, denkt Fieke terug aan haar leuke dag. Ze is blij dat ze haar droom waar heeft gemaakt. Ze weet zeker dat ze nog vaak naar Amsterdam zal terugkeren. Deze grote stad heeft haar hart gestolen.
Woordenschat (Vocabulary):
nieuwsgierig – curious
dorpje – small village
zuiden – south
grachten – canals
droomt – dreams
eindelijk – finally
zover – so far
treinrit – train journey
geniet – enjoys
uitzicht – view
velden – fields
koeien – cows
overweldigd – overwhelmed
druk – busy
lawaai – noise
kaart – map
plein – square
toeristen – tourists
koninklijk paleis – royal palace
loopt – walks
grachten – canals
straatjes – small streets
bootjes – small boats
voorbijrazen – rushing by
plotseling – suddenly
paraplu – umbrella
zoekt – seeks, looks for
schuilen – to shelter
bestelt – orders
ophoudt – stops
kletsen – to chat
verstaan – to understand
verlaat – leaves
besluit – decides
vijvers – ponds
joggen – to jog
uitlaten – to walk (a dog)
speeltuin – playground
rust – peace, quiet, rest
kraampje – stall
markt – market
haring – herring
moe – tired
bezoekt – visits
terugkeren – to return
gestolen – stolen
waargemaakt – made come true
Begripsvragen (Comprehension Questions):
Waar woont Fieke?
Hoe reist Fieke naar Amsterdam?
Wat doet Fieke als het regent?